Neurale buis | ||||
---|---|---|---|---|
Tubus neuralis | ||||
Embryo van een gewervelde. Gut=oerdarm.
| ||||
|
De neurale buis[1] of tubus neuralis[2] is een embryonale structuur bij chordadieren die zich na de gastrulatie vanuit de neurale plaat (lamina neuralis) vormt door instulping over de lengte en afsnoering zodat er onder het dorsale ectoderm een buisvormige structuur ontstaat in de lengterichting van het individu. Deze ontwikkeling begint op de 22e dag na bevruchting ter hoogte van de eerste vijf somieten en verloopt verder van craniaal naar caudaal. Rond de 24e dag sluit de neurale buis aan de craniale zijde, rond de 26e aan de caudale kant. Aan de craniale zijde ontstaan vervolgens blaasjes. Het ruggenmerg blijft een 'buis'. Uit de blaasjes ontwikkelen zich de hersenen. Het ruggenmerg samen met de hersenen is het centraal zenuwstelsel. Bij lancetvissen blijft het in zijn basisvorm bestaan en wordt het het (centrale) zenuwstelsel. De larven van salpen hebben ook een neurale buis, maar deze is in hun ontogenetische ontwikkeling weer verkleind.
Het lumen van de neurale buis wordt later vloeistofdragende holtes: het centrale kanaal van het ruggenmerg en het ventriculaire systeem van de hersenen met het aquaduct van Sylvius. Samen vertegenwoordigen ze de interne hersenvochtruimte.