Kim Il-sung of Kim Ilsŏng (Hangul: 김일성, Hanja: 金日成) (Mangyongdae (nu Pyongyang), 15 april 1912 – Hyangsan-chalet, P'yŏngan-pukto, 8 juli 1994), geboren als Kim Song-ju, was een Koreaans communistisch politicus, militair en schrijver die de Democratische Volksrepubliek Korea heeft geleid vanaf de stichting in 1948 tot zijn dood in 1994. Hij hield het ambt van premier van 1948 tot 1972 en het ambt van president van 1972 tot zijn dood. Daarna kreeg hij de titel Eeuwig President van de Republiek en bleef dus staatshoofd.[1] Hij was ook voorzitter en secretaris-generaal van de Koreaanse Arbeiderspartij.
Tijdens zijn ambtstermijn als leider van Noord-Korea, regeerde hij de natie met autocratische macht en schiep een alles doordringende persoonsverheerlijking. Vanaf midden jaren 60 promootte hij zijn zelf ontwikkelde variant op een communistische nationale organisatie, Juche. Samen met de Zuid-Koreaanse leider, Park Chung-hee, werd Kim Il-sung genoemd in de top 100 Aziaten van de Eeuw door Time magazine (1999).[bron?] In de Library of Congress Country Study van 2009 over Noord-Korea, wordt hij beschreven als "een van de meest intrigerende figuren van de twintigste eeuw". Hij overleefde Jozef Stalin met vier decennia, Mao Zedong met twee en bleef aan de macht tijdens de ambtstermijnen van zes Zuid-Koreaanse presidenten, negen Amerikaanse presidenten en eenentwintig Japanse ministers-presidenten.
Na zijn dood in 1994 werd hij opgevolgd door zijn zoon Kim Jong-il. Noord-Korea verwijst officieel naar Kim Il-sung als de "Grote Leider" (Suryong in het Koreaans 수령) en hij wordt aangeduid in de grondwet als de Eeuwige President van het land. Zijn verjaardag is een officiële feestdag in Noord-Korea.
Citefout: Er bestaat een label <ref>
voor de groep "kleine-letter", maar er is geen bijbehorend label <references group="kleine-letter"/>
aangetroffen