In de differentiaalmeetkunde is een geodeet of geodetische lijn in een gekromde ruimte een kromme, zodanig dat voor elk tweetal punten op de kromme die dicht genoeg bij elkaar liggen, de lengte van de kromme tussen die twee punten stationair is. Dat betekent dat die lengte relatief weinig verandert bij bepaalde kleinere veranderingen van de kromme. De geodeten in een euclidische ruimte zijn rechte lijnen en op het boloppervlak zijn het de grootcirkels.